1.1.4 Arceringen en materialen

Als er gebruik wordt gemaakt van arceringen en materialen dan is het belangrijk om deze aan te maken conform de 3B Werkmethodiek. Dit betekent dat de naamgeving altijd dient te starten met een kleine letter en de _ (underscore) wordt toegepast i.p.v. spaties. Tevens moeten er geen vreemde tekens gebruikt worden, zoals + – * / ? enz.
Hier is voor gekozen om bij de subcategorieën gelijk het verschil te zien tussen een standaard Amerikaanse categorie of een eigen gemaakte subcategorie.

Afgeweken is van de codering voor arceringen en materialen. Deze horen eigenlijk ook volgens de NL-SFB codering te zijn, maar dat is zeer gebruiksonvriendelijk. Veel materialen met dezelfde eigenschappen komen er dan dubbel in, omdat de codering dit vereist. Bijvoorbeeld bij het materiaal Beton, deze zou verwerkt moeten zijn in de coderingen 16fundering, 22binnenwanden, 23vloer, 24trap, 27dak, 28balken, enz. Hoewel dit beton dezelfde kwaliteit en eigenschappen heeft, moeten deze types toch aangemaakt worden vanwege de NL-SFB codering. Eenmaal aanmaken is natuurlijk geen probleem, maar stel dat er een eigenschap aangepast moet worden, dan moeten alle materialen en arceringen nagelopen worden. Dit kost dus extra veel werk!