- Laad het IFC mapping bestand dat gebruikt moet worden voor de export naar IFC.
- Klik Export (IFC).
- Kies in het Export IFC dialoog bij Save In voor het gewenste Type.
- De volgende types zijn mogelijk:IFC 2×2 (*.ifc)IFC 2×3 (*.ifc): Dit is het standaard gecertificeerde type. (de laatste versie die door de meeste applicaties ondersteund wordt).
- IFC BCA ePlan Check (*.ifc): Dit is de gecertificeerde versie van IFC 2×2 die gebruikt wordt voor de Singapore BCA ePlan Check Server. Wanneer naar dit type geëxporteerd moet worden, dient van te voren alle roombounding elementen geselecteerd te worden.
- Selecteer export opties:
- Current view only zal alle zichtbare elementen in de huidige view exporteren. Elementen die tijdelijk verborgen zijn zullen NIET worden geëxporteerd alsmede Categories die als Not Exported in het IFC Export Classes dialoog aangemerkt staan.
- Split walls and columns by level zorgt ervoor dat multi-level walls en columns per level opgedeeld worden.
- Export base quantities zal basis hoeveelheden in de export data meenemen. Basis hoeveelheden worden verkregen uit de model geometry.
- Geef een naam voor het IFC bestand. Klik op Save.
- IFC Entities voor Families specificeren
- Revit exporteert elements naar IFC gebaseerd op categories (en subcategories) waartoe de elemeten behoren. Een revit wall zal als IFC entity IfcWallStandardCase geëxporteerd worden, omdat de wall een element van de wall category is. In de meeste gevallen zal dit voor de meeste elementen zo zijn. (wall, roof, windows, enz).
- In sommige gevallen kan zelf aangegeven worden naar welke IFC entity een category geëxporteerd moet worden. Zo zal bijv. een roltrap gemaakt in de Generic Model category met als subcategory roltrap niet naar IfcEscalator worden geëxporteerd. Hiervoor dient zelf de mapping gelegd te worden naar bijv. de class IfcTransportElement en het type IfcTransportElementType.
- Een family mappen naar een IFC entity
- Creëer een shared parameters genaamd IFCExportAs en IFCExportType.
- Sla deze parameters op in een bestand dat op een gedeelde locatie staat. Er kan ook gebruik gemaakt worden van het door Autodesk meegeleverde parameter bestand (IFC Shared Parameters.txt)
- Maak bijv. in een gedeelde map een bestand genaamd IFCexportParameters.txt aan. Dit hoeft maar een keer te gebeuren en daarna kan dit bestand voor iedere andere family gebruikt worden.
- Voeg de Shared parameters toe aan de family
- Klik in de Family op Create tab Properties panel (Family Types).
- Selecteer een Family type in de Family Types dialoog.
- Kies Add bij de Parameters.
- Klik in de Parameter Properties dialoog bij Parameter Type op Shared parameter -> Select.
- Kies het Shared parameters bestand met de parameters IFCExportAs en IFCExportType (bijv. IFCexportParameters.txt), en open dit bestand.
- Kies IFCExportAs en klik op OK.
- Kies bij Parameter Data bij Group parameter voor IFC Parameters.
- Let op dat Type aangevinkt is en klik op OK.In de Family Types dialoog staat IFCExportAs in de parameter lijst.
- Klik Add bij Parameter.
- Kies bij Type de Shared parameter en klik op Select.
- Selecteer IFCExportType en klik OK.
- Selecteer IFC Parameters (Type aangevinkt).
- Geef waardes voor IFCExportAs en IFCExportType
- Wanneer een shared parameter aan een family type wordt toegekend, zal Revit dit automatisch doen voor alle types in die family. Hierna kunnen waardes voor elke parameter in iedere family type worden toegekend.
- In de Family Types dialoog:
- Select een family type als naam.
- Kies de benodigde IFC Class voor IFCExportAs.
- Kies de benodigde IFC Type voor IFCExportType.
- Klik Apply.
- Herhaal stap 16 voor elk type in deze family.
- Wanneer iedere family type voorzien is van deze waardes, klik OK.
- Bewaard de family (Save).
- Kies evtueel Create tab Family Editor panel (Load into Project).